Ontstoffingstechniek & Dampafzuiging
Bij vrijwel alle productieprocessen komen stofdeeltjes of dampen vrij die schadelijk zijn voor onze werkomgeving. Het inademen van deze bijproducten is onwenselijk en daarnaast treedt vervuiling op van machines en werkplek wat leidt tot kwaliteitsverlies. FIKTECH is gespecialiseerd in stof- en dampafzuiging, industriële filtersystemen en hoogvacuüm stofzuiginstallaties. De problemen worden eerst in kaart gebracht en vervolgens wordt stapsgewijs de oplossing gerealiseerd:
- Inkapselen van de vervuilingsbron (stof én damp)
- Ontwerp van de afzuigkap
- Afzuiging van de schadelijke deeltjes
- Filtratie - afscheiding uit de luchtstroom
- Emissie van de gereinigde lucht en/of recirculatie
Hier is kennis van de regelgeving in Europees verband onontbeerlijk. Termen als ATEX (explosiegevaar), BGIA (filtratie-efficiency), NER (Nederlandse Emissie Richtlijnen) en MAC-waarde (Maximaal Aanvaardbare Concentratie) komen hierbij om de hoek kijken. Doordat FIKTECH niet gebonden is aan één leverancier kan altijd een oplossing “op maat”geboden worden die binnen het investeringsbudget past.
Zwevend stof
Stof kennen we vooral van de hinder die het dagelijks veroorzaakt. We vinden het terug op de vensterbank, of op de carrosserie auto’s, of als vegen en vlekken op de werkkleding. Andere, fijnere deeltjes springen minder in het oog. Maar dat wil niet zeggen dat ze geen invloed uitoefenen op onze gezondheid. Grotere stofdeeltjes worden opgevangen door de neus. Fijn stof dringt diep de longen binnen, waar het schadelijke gevolgen veroorzaakt voor onze gezondheid. Het zijn deze fijne deeltjes die de laatste tijd meer en meer aandacht krijgen. Hier wordt besproken hoe een bedrijf binnen en buiten de muren met stof kan en moet omspringen. De stofproblematiek en haar oplossingen varieert sterk per sector, en bovendien dan nog eens binnen en buiten het bedrijf. Uit vele studies is gebleken dat blootstelling aan zwevend stof een toename van ziekte en sterfte ten gevolge van hart- en longaandoeningen veroorzaakt. Hoe hoger de concentratie, hoe sterker het effect. De problemen beginnen zoals gewoonlijk al bij het begin: de definities. Het ene stof is namelijk het andere niet. Laten we voor de eenvoud de volgende afspraak maken: stof zijn alle vaste of gecondenseerde deeltjes die rondzweven in de lucht.
Fijn stof !?
Zwevend of fijn stof is stof waarvan de deeltjes niet groter zijn dan 30µm, dit is 0,00003 meter. Dit is een verzamelnaam voor allerlei kleine deeltjes in de lucht: van zandkorrels en roetdeeltjes tot stukjes afgesleten autoband of wegdek. Ongeveer de helft van het fijn stof in Nederland is overigens van natuurlijke oorsprong zoals zeezout en bodemstof (Saharazand e.d.)! De strenge normen voor fijn stof fustreren veel bouwplannen.
In de arbeidshygiëne maakt men een onderscheid tussen inhaleerbaar (respirabel) en inadembaar stof. Zwevend stof is met andere woorden een zeer ruim begrip, waar een brede waaier van types en scheikundige stoffen onder schuil gaat. Stof komt ook op allerlei manieren in de lucht. Eerst en vooral is er het natuurlijk gevormde zwevend stof. Dit omvat bijvoorbeeld stofwolken, zandstormen, vulkanische assen, rook van natuurlijke vuren (bijvoorbeeld na een blikseminslag)… Maar ook de mens blaast door allerlei activiteiten, inbegrepen industriële activiteiten, stof de lucht in.
Stof- en dampbronnen
Maatschappelijke activiteiten die sterk bijdragen tot de verspreiding van zwevend stof in de omgevingslucht zijn onder andere de industriële verbrandingsprocessen, de gebouwenverwarming en het wegverkeer (meer bepaald personen- en vrachtwagens met dieselmotoren). In de stad, op oog- en ademhoogte, zijn uitlaatgassen en meer bepaald dieselemissies de voornaamste bronnen van fijn stof. De non-ferro industrie, de verbranding van fossiele brandstof en het verkeer nemen het grootste deel van de uitstoot van zware metalen voor hun rekening, dat dikwijls samen wordt gemeten met fijn stof. Ten opzichte van de afgelopen jaren neemt het aandeel van het verkeer voortdurend toe, terwijl het aandeel van de industrie iets afneemt. Sinds 1990 is vooral de uitstoot van zwevend stof in de sectoren energievoorziening en afvalverwerking sterk afgenomen. De stofemissies door de bevolking worden hoofdzakelijk veroorzaakt door de gebouwenverwarming.
Stof- en dampoverlast
Bedrijven die stof letterlijk doen opwaaien kunnen hierdoor heel wat burenhinder veroorzaken. Mensen die in de buurt van een kleiverwerkend bedrijf, gieterij of een graanoverslagbedrijf wonen, zullen hier zeker kunnen van meespreken. Het meest in het oog springend is natuurlijk het zichtbare stof op de auto, de drogende was of de vloer. Het is dan ook hieraan dat mensen het eerste zullen denken wanneer de stofproblematiek ter sprake komt. Het onzichtbare fijne zwevend stof mag echter absoluut niet vergeten worden. De gezondheidseffecten hiervan kunnen immers veel ernstiger zijn dan die van het hinderlijke grove stof. Wanneer bedrijven er in slagen om hun grof stof binnen de bedrijfsterreinen te houden, betekent dit dus niet dat het stofprobleem voor de buurt daarmee automatisch opgelost is. Aandachtig opvolgen en correct inschatten van de bereikte resultaten blijft noodzakelijk.
Wetgeving & Normen
Voor zwevend stof zijn twee soorten normen van belang: immissie- en emissienormen
- Immissienormen bepalen de hoeveelheid vervuilende stoffen die in de omgevingslucht, de lucht de we met z'n allen inademen, mag aanwezig zijn (MAC-waarde = Maximaal Aanvaardbare Concentratie). Om de kwaliteit van lucht te controleren worden drie soorten immissienormen gehanteerd:Grenswaarde, Richtwaarde (streefwaarde) en Alarmdrempel.
- Emissienormen (uitstootnormen) bepalen hoeveel vervuilende stoffen een bedrijf via zijn schoorstenen of lozingspijpen in het milieu mag brengen. Bedrijven krijgen deze emissienormen opgelegd door de Nederlandse Emissierichtlijnen (NER).
Arbeidsomstandigheden
De situatie wat betreft stof in arbeidsomstandigheden verschilt van die in het leefmilieu. Op de werkvloer komt de werknemer meestal met welbepaalde types stof in aanraking. De samenstelling van stof of damp is meestal duidelijker en het effect ervan op de gezondheid daarom ook. Werknemers kunnen op de werkplek aan veel hogere concentraties stof blootgesteld worden dan ze in het leefmilieu ooit zullen tegenkomen. Aanpakken van het stofprobleem is in de arbeidssituatie een kwestie van arbeidshygiëne.
Voor het milieu 'stoffigste' sectoren, op basis van de milieujaarverslagen 1999 VMM):
- Wegverkeer, Gebouwenverwarming, Elektriciteitscentrales, IJzer- en staalindustrie, Raffinaderijen, Graverijen, Asfalt, Steen, Cement, Beton, Glas, Aardewerk, Houtindustrie, Basischemie, Voeding, Overige chemie en Non-ferro industrie
Vanuit arbeidshygiënisch oogpunt zijn de belangrijkste sectoren:
- Basis metaal industrie (non ferro + ferro), Houtsector (meubel, schrijnwerken, spaanplaten), Bouw (isolatiewerken, sloopwerkzaamheden, stralen, elektriciteitswerken), Voeding (bakkerijen), Textielvervaardiging (spinnerijen, vlas, katoen), Steenbakkerijen, Cement, Afvalverwerking (verbrandingsovens, compost, slibverwerking, puinbreekinstallaties), Reinigingsfirma’s (meestal eigenlijk wel goed beschermd), Landbouw, Verwerking, Veevoedersector
Om de uitstoot van stoffen en dampen/ gassen naar de omgevingslucht te beperken kan een bedrijf heel wat maatregelen nemen.
Stof- en dampafzuiging
De voorkeur gaat uit naar apparatuur waarbij de afzuiging is ingebouwd in de machines en via een leidingsysteem langs een stofafscheider, die het stof tegenhoudt en gezuiverde lucht doorlaat, naar een collector wordt gevoerd. Veel stofafzuiginstallaties verwijderen enkel grotere stofdeeltjes die m.b.v. een afzuigkap meegezogen worden. De fijnste stoffractie heeft niet voldoende snelheid om de afzuigkap te bereiken en wordt gemakkelijk door luchtstromingen meegevoerd in de werkruimte. Speciale voorzorgen moeten worden genomen om deze fijne fractie toch mee af te voeren. Dampen en gassen kunnen op andere manieren uit de luchtstroom worden verwijderd, denk hierbij aan bijvoorbeeld demisters en aktieve koolfiltratie.
Goede werkmethoden (Good Maintenance Practice)
De werkomgeving moet goed onderhouden worden om stofophoping te voorkomen. Er moet opgelet worden dat zo weinig mogelijk stof opwaait bij het onderhoud. Het gebruik van perslucht is uit den boze! Het stof opzuigen verdient de voorkeur over vegen. Eventueel kan men het stof bevochtigen voor het te verwijderen.